Je zet een elektrische bakfiets aan door eerst de accu in te schakelen en daarna het display of de motor te activeren met de aan/uit-knop. Controleer of de standaard is ingeklapt en de remmen goed werken voordat je gaat fietsen.
Steeds meer mensen kiezen voor de elektrische bakfiets
De elektrische bakfiets is niet meer weg te denken uit het Nederlandse straatbeeld. Of je nu kinderen vervoert, boodschappen doet of gewoon een ontspannen ritje maakt: de bakfiets is handig én duurzaam. Maar als je voor het eerst op zo’n fiets stapt, vraag je je misschien af: hoe zet ik hem eigenlijk aan? Geen zorgen. In dit artikel leggen we het stap voor stap uit.
Waarom moet je een elektrische bakfiets aanzetten?
Een elektrische bakfiets werkt met trapondersteuning. Dat betekent dat je een motor hebt die je helpt trappen. Maar die motor werkt alleen als het systeem is ingeschakeld.
De accu levert stroom aan de motor. Zonder stroom doet de trapondersteuning het niet. Dus het is belangrijk om te weten hoe je alles goed aanzet. Vooral als je net begint met fietsen op een elektrische bakfiets.
Stappenplan: zo zet je je bakfiets aan
Hieronder leggen we stap voor stap uit hoe je een bakfiets aanzet. Let goed op de volgorde, zo voorkom je fouten of schade aan je fiets.
1. Controleer of de accu goed geplaatst is
Voordat je iets aanzet, moet je zeker weten dat de accu goed op zijn plek zit. Je vindt de accu vaak onder een bankje, in de bagagedrager of in het frame. Druk de accu stevig aan tot je een klik hoort. Dit betekent dat hij goed vastzit.
2. Zet de accu aan
Zoek de aan/uit-knop van de accu. Die zit meestal direct op de accu zelf. Soms is het een klein rond knopje dat je een paar seconden moet indrukken. Bij sommige modellen zit deze knop op het stuur of bij het display.
Als de accu aanstaat, zie je vaak een lampje of een batterij-icoon verschijnen.
3. Activeer het display of de motor
De meeste elektrische bakfietsen hebben een klein display op het stuur. Daar kun je de ondersteuning regelen en de snelheid aflezen.
Houd de aan/uit-knop van het display een paar seconden ingedrukt. Het scherm gaat dan aan. Soms hoor je een piepje of zie je direct hoeveel batterij je nog hebt.
4. Controleer de trapondersteuning
Kies een ondersteuningsniveau op het display. Meestal kun je kiezen uit laag, midden of hoog. Hoe hoger je kiest, hoe meer hulp je krijgt tijdens het trappen.
Tip: begin met een lage ondersteuning als je net begint met fietsen. Dan houd je beter controle over de bakfiets.
5. Klap de standaard in
Elektrische bakfietsen zijn vaak zwaar. Daarom hebben ze een stevige dubbele standaard. Deze moet je altijd inklappen voordat je gaat fietsen.
Zet je voet op de standaard en duw de fiets iets naar voren. Je hoort een klik en de fiets staat weer op de wielen. Controleer of de standaard echt los is.
6. Controleer de remmen
Voor je wegrijdt, kijk je of de remmen goed werken. Knijp een paar keer in de remhendels. De fiets mag niet vanzelf bewegen.
Bij sommige modellen zit er een remblokkering op het stuur. Vergeet niet deze los te maken voor vertrek.
7. Begin rustig met fietsen
Nu ben je klaar om te vertrekken. Zet een voet op het pedaal en begin rustig met trappen. De motor zal je direct ondersteuning geven.
Voel even aan hoe de fiets reageert. Vooral bij het sturen is het even wennen. Een bakfiets is langer dan een gewone fiets. Neem daarom de tijd en ga niet te hard van start.
Conclusie
Een bakfiets aanzetten is eenvoudig als je weet wat je moet doen. Eerst controleer je of de accu goed zit. Daarna zet je de accu aan, activeer je het display en kies je de juiste trapondersteuning. Vergeet de standaard en de remmen niet.
Met een paar simpele handelingen ben je klaar voor vertrek. Vooral als je het vaker doet, gaat het steeds sneller. Neem de tijd, oefen rustig, en geniet van het gemak van elektrisch fietsen.
